Politierechter verwijt OM ‘doelbewuste en grove’ overtreding van de grondwet


Politierechter verwijt OM ‘doelbewuste en grove’ overtreding van de grondwet

2 december 2009


Weer harde woorden van de rechter tegen het OM, nu in Friesland. De rechter dwingt justitie een verdachte van zware mishandeling vrij te laten omdat justitie en politie tegen beter weten in onrechtmatig hebben gehandeld. De officier heeft “doelbewust en met grove veronachtzaming, in strijd met het EVRM, de grondwet en het Wetboek van Strafvordering, [...] gehandeld.” Lees hier de uitspraak van de Friese politierechter.

 

De vernietigende kwalificatie staat in de laatste alinea. De officier werd niet ontvankelijk verklaard. De rechter verwijt het openbaar ministerie eerdere rechterlijke uitspraken over de termijn die verdachten in de politiecel mogen zitten te hebben genegeerd. Het gaat dan om het zogeheten ‘weekendarrangement’, een nog vrij nieuwe ordemaatregel die politie, gemeente en justitie hebben bedacht om uitgaansgeweld mee te bestrijden.

 

Wie in het weekend wordt aangehouden wordt in beginsel vastgehouden tot maandag. Lees hier een opgewekte uitleg van de gemeente Sneek van een maatregel die praktisch neerkomt op een celstraf opgelegd door het bestuur. En niet door de rechter op basis van de wet, zoals de grondwet en het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens eist. Advocaat Tjalling van der Goot is er dan ook kritisch over. Op de site van zijn kantoor legt hij uit dat inverzekeringstelling volgens de wet altijd een onderzoeksbelang moet dienen. Als het onderzoek dat toelaat moet de verdachte wettelijk worden vrijgelaten. Volgens hem komt het ‘weekendarrangement’ neer op het ongeoorloofd passeren van de rechter.

 

In deze zaak werd op een zondagochtend vroeg een man aangehouden wegens zware mishandeling. Het ‘onderzoek’ duurde vervolgens tot ongeveer 16.00 uur op zondagmiddag. De rechter verwijt justitie nu kennelijk met opzet de laatste onderzoekshandeling, het uitreiken van de dagvaarding, tot maandagochtend 11.00 uur te hebben uitgesteld. Louter om de man nog bijna 20 uur vast te kunnen houden. In de wet staat dat ´als het onderzoeksbelang enkel nog bestaat uit het uitreiken van die mededeling´ dat zo spoedig mogelijk moet gebeuren. De verdachte dient daarna in vrijheid te worden gesteld.

 

Al in eerdere zaken over de gemeente Amersfoort had de rechter geoordeeld dat justitie niet mag treuzelen met de dagvaarding. Lees hier het persbericht met verwijzing naar deze uitspraken. Na deze uitspraak concludeerde het Openbaar Ministerie enigszins opgelucht dat het ´weekendarrangement´ de rechterlijke toets had doorstaan. Lees hier het persbericht, met daarin het (profetische) zinnetje dat het wel ´zaak is in alle individuele zaken rekening te houden met de beslissing van de rechtbank en zorgvuldig naar het verloop van het onderzoek tijdens de inverzekeringstelling te kijken´.

 

Dat was in deze zaak dus niet gebeurd. Is dit ´weekendarrangement´ nu van de baan? Dat is moeilijk te zeggen. Wel is duidelijk dat het uitreiken van de dagvaarding het einde van de inverzekeringstelling moet inhouden. Een poging van de officier in de Friese zaak om de zaak te redden door het ´vormverzuim´ te erkennen en te compenseren met een lagere straf, wees de politierechter af. Gestraft wordt er door de rechter, niet door de (hulp)officier die toevallig op het politiebureau zit als er een amokpleger binnen wordt gebracht. Dat punt is nu hard en duidelijk gemaakt.

 

(NRC)


Ons commentaar: 

Dit uitgangspunt van een fatsoenlijke rechtstaat, samengevat in de laatste zin van dit artikel, is helaas in het verkeersrecht al grotendeels buiten beeld. Het duidelijkste voorbeeld is wel de invordering rijbewijs als men bijvoorbeeld staande wordt gehouden na een snelheidsovertreding van meer dan 50 km/u te hard. Dan is men acuut het rijbewijs kwijt en bepaalt de officier van justitie of je dat misschien terugkrijgt in afwachting van de rechtzaak. Dat is volgens ons de wereld op zijn kop. Want dan straft feitelijk dus niet de rechter, maar de officier van justitie, terwijl daar werkelijk geen enkele reële rechtvaardiging voor is (er is heus geen sprake van een acuut gevaar voor de samenleving als de chauffeur met een proces-verbaal op zak verder mag rijden en pas later door de rechter wordt aangepakt). Het is ons onduidelijk waarom die praktijk in het verkeersstrafrecht toch wel wordt geaccepteerd, terwijl dat in het  "gewone" strafrecht uit den boze is, zoals ook maar weer blijkt uit bovenstaand nieuwsbericht.