Zeeuws onderzoek naar oorzaken onveiligheid rotondes komt met opvallende conclusies
7 februari 2010
In Goes wordt een fietsersoversteek beveiligd met een radardetectiesysteem dat overdag, in de avond en nacht lichten laat knipperen in het wegdek en attentieborden aanstuurt (foto: Fijen WegdekVerlichting).
Op rotondes met fietsers in de voorrang vallen meer dan twee keer zo veel slachtoffers vallen als op rotondes met fietsers uit de voorrang. Dat is één van de opvallende conclusies uit een onderzoek van de provincie Zeeland naar de veiligheid van rotondes.
In 2007 was een dodelijk ongeval op een rotonde in de gemeente Goes aanleiding voor het ROV Zeeland om het project “Veiligheid op Rotondes” te starten, waarbij in 2008 133 Zeeuwse rotondes binnen en buiten de bebouwde kom werden geanalyseerd door Groenlicht Verkeersadviezen. In vijf jaar tijd deden zich hier 370 ongevallen voor, waarvan 61 met letsel. Opmerkelijk was dat op 97 van de 133 rotondes geen ongevallen plaatsvonden én dat meer dan de helft van de ongevallen plaatsvonden op vijf rotondes.
Het Zeeuwse onderzoek leidde meer opvallende constateringen.
Zo bleek dat op rotondes met fietsers in de voorrang meer dan twee keer zo veel slachtoffers vallen als op rotondes met fietsers uit de voorrang. Rotondes met fietsers in de voorrang zijn wel net iets veiliger dan klassieke kruispuntvormen. Voor fietsers zijn verkeerslichten daarentegen veiliger dan een rotonde met fietsers in de voorrang. Maar een rotonde met fietsers uit de voorrang is weer veiliger dan verkeerslichten.
Een andere constatering was dat hoe meer gemotoriseerd verkeer, des te hoger het risiconiveau is. Bij een verkeersbelasting van 10.000 of meer motorvoertuigen per etmaal is het risiconiveau van een rotonde niet lager dan dat van een klassiek kruispunt. Bij een dergelijk hoge verkeersbelasting zijn binnen de bebouwde kom verkeerslichten zelfs aanzienlijk veiliger. Wel valt bij hoge intensiteiten het verschil weg tussen in- of uit de voorrang.
De fietsintensiteiten zijn in het onderzoek overigens niet meegenomen, omdat die cijfers niet beschikbaar waren.
Verder concludeerde men dat rotondes met een kleinere straal dan door de CROW-richtlijnen aangegeven niet onveiliger zijn. Als er weinig of geen bus- en vrachtverkeer aanwezig is, is een “te” kleine rotonde een prima alternatief voor een niet-inpasbare “grote” rotonde, aldus het onderzoek.
Bij fietsers op de rotonde blijkt roodkleuring van de fietsstrook is veel veiliger. Er zijn acht rotondes in Zeeland met fietsers op de rotonde, maar zonder roodkleuring van de fietsvoorziening. Dit leidt tot een twee keer hogere kans op slachtoffers, in vergelijking met rotondes waar de voorziening wel rood is gekleurd.
Bij fietsers uit de voorrang is het achterwege laten van uitbuiging aantoonbaar onveiliger. Er zijn drie rotondes in Zeeland met fietsers uit de voorrang, zonder dat het fietspad voor de oversteek is uitgebogen. Dit zorgt voor een zeven keer hoger risico op slachtoffers, in vergelijking met soortgelijke rotondes waar de fietspaden wél zijn uitgebogen.
Naar de vijf rotondes gevaarlijkste rotondes verrichtte DTV Consultants een verkeersveiligheidsaudit. Uiteindelijk bleken die vijf rotondes zeer verschillend van elkaar. Verbeterpunten variëren van het ombouwen van een tweestrooksrotonde naar een enkelstrooksrotonde, tot het juist plaatsen van bebording en het opnieuw aanbrengen van markering. Ook de vormgeving van fietsvoorzieningen en de mogelijke doorrijsnelheid op de rotonde zijn belangrijke aandachtspunten als het gaat om de verkeersveiligheid, aldus DTV. Inmiddels worden de eerste gevaarlijke rotondes aangepakt.
Als alle rotondes in de provincie maximaal veilig worden ingericht, is een theorietische besparing mogelijk van 36 fietsongevalfen in vijf jaar tijd. Dit komt per jaar neer op een besparíng van 7 fietsongevallen oftewel 6 slachtoffers.
(verkeersnet)
Ons commentaar:
Dit is een mooie verzameling open deuren. Natuurlijk levert voorrang voor fietsers een schijnveiligheid op. Voor de verkeersveiligheid is het juist van belang dat fietsers zich permanent realiseren dat zij de zwakkere verkeersdeelnemer zijn. Juist dan zullen meer fietsers zelf actief maatregelen nemen om te overleven in het verkeer. Alle maatregelen die erop zijn gericht om fietsers voor te trekken (voorrang, toelaten op de rijbaan, aparte fietsopstelvakken voor het stoplicht) sussen de fietsers in slaap en maakt dat ze zelf minder goed opletten. En dat is precies waar de grootste winst is te behalen: het eigen gedrag van fietsers. Daarnaast is het natuurlijk van belang dat ook het gemotoriseerde verkeer meer wordt doordrongen van de kwetsbaarheid van fietsers (en voetgangers). Dat kan worden bereikt door educatie en campagnes, maar heel concreet ook bijvoorbeeld door fietsersoversteekplaatsen duidelijk te markeren, zoals in dit onderzoek ook is gebleken met de roodgekleurde oversteekplaatsen.